Opdracht 5 Motivatie
1. Wat is/was jouw motivatie om deze opleiding te doen? maak gebruik van de termen ‘intrinsieke-‘en extrinsieke motivatie’
Mijn motivatie om deze opleiding te gaan doen had te maken met verschillende behoeftes.
Ik kwam vanuit een deeltijd opleiding met studenten die soms al 50 jaar waren waarmee ik niks gemeen had en die ik nauwelijks zag. Voor mij was het dus belangrijk om met mensen van mijn eigen leeftijd te werken. Ik had een sociale behoefte als motivatie om een voltijd HBO opleiding te gaan doen.
Ook vond ik het belangrijk om later een papiertje te krijgen waar ik iets mee kon, de meeste opleidingen die ik leuk vond waren Mbo of BBl. Maar omdat ik toch wel ambities heb om later meer te bereiken heb ik voor de kunstacademie gekozen. Die overweging was vooral een prestatie motivatie.
Deze twee voorbeelden komen vanuit mijzelf en wat ik voor ogen heb ‘intrinsieke motivatie’s’ maar ik heb de opleiding ook gekozen omdat het me heel veel voldoening geeft om met mijn handen bezig te zijn en echt dingen te maken. .
De extrinsieke motivatie die er was kwam van mijn vader die mij aanspoorde vooral iets te gaan doen dat ik leuk vond.
2. Wat zijn naar jouw idee oorzaken dat leerlingen soms niet gemotiveerd zijn voor beeldende vakken? Wat zou je kunnen doen om ze wel te motiveren?
Over het algemeen wordt aan de beeldende vakken niet zoveel aandacht besteed aan school. Vakken als Nederlands en wiskunde hebben meer uren, meer huiswerk en zullen ook meer verschil maken op je rapport. Daardoor zullen kinderen sneller de beeldende vakken, die in de ogen van veel ouders minder belangrijk zijn voor een mooie toekomst laten voor wat ze zijn en meer aandacht besteden aan andere vakken.
Kinderen worden eigenlijk na de bassischool niet meer enthousiast gemaakt voor beeldende kunst. Er wordt wel CKV gegeven maar dat is een hele statische en ondiepe basis over wat de beeldende kunst is en voorál was. Je leert er over oude meesters en oude gebouwen maar doet weinig tot niks met het heden en de toekomst.
Omdat er zo weinig tijd is, meestal één uurtje in de week krijgen kinderen ook niet echt een kans opdrachten te krijgen en uit te voeren die dieper gaan dan dat ene uurtje ploeteren op een werkje wat als er meer tijd in was gestoken veel interessanter zou kunnen zijn.
Kortom er wordt weinig tijd besteed aan de beeldende vakken, ze zouden minder belangrijk zijn dan Wiskunde en je kinderen krijgen de kans niet om enthousiast gemaakt te worden voor deze totaal onbegrensde wereld.
Wat ik zou doen om ze wel te motiveren?
Zoek werkstukken waarvan ze stijl achterover slaan en bespreek die met ze, laat ze proeven van verschillende technieken en materialen zodat ze zien dat er meer is dan houtskool en verf. Bedenk projecten waarin ze stapsgewijs steeds een treetje hoger gaan en uiteindelijk een goed onderbouw, inspirerend werkstuk leveren dat bijvoorbeeld gaat over film, fotografie maar met een basis zodat ze met vertrouwen en enthousiasme kunnen beginnen.
3.
Als ik niet zo lekker in mijn vel zit en ik zie aan mezelf dat ik wat dikker ben geworden in de spiegel dan neem ik me altijd meteen voor om niet meer te snoepen en minder te eten. Dit gebeurd ongeveer eens per 3 maanden en ik houdt het of een dag vol of iets minder dan een half uur. Wat me hieraan het meest irriteert is dat het vaker voorkomt en ik het nooit vol kan houden. Mijn zelfbeheersing is gewoon heel zwak en dat vind ik vervelend .
Het zijn twee afwegingen die ik moet maken voordat ik doe wat ik doe. Aan de ene kant heb ik zin in chocola en aan de andere kant weet ik dat als ik het eenmaal op heb gegeten ik me daarover vervelend ga voelen. Beide afwegingen hebben een nadeel en een voordeel. Het voordeel van chocola eten is dat ik niet meer die drang heb en een lekker stukje chocola heb mogen eten. Dit is een positief op de korte termijn. Als ik heel lang van de chocola af kan blijven zal ik dat uiteindelijk in de spiegel gaan zien en dat maakt me ook weer gelukkiger. Dit is positief op de langere termijn.
Omdat je pas op een lange termijn enig resultaat (gering resultaat) zal kunnen zien is de motivatie niet erg hoog. Ik vind het fijn om meteen resultaat te zien, dit stimuleert en motiveert me om meer mijn best te doen.
De reden dat ik het niet kan volhouden is misschien omdat ik in mijn achterhoofd toch dacht dat ik niet heel erg dik was zodra ik weg keek van die spiegel. Ik weet dat ik op de korte termijn niet dikker zal worden als ik die chocolaatjes nu opeet en daarom is de drempel lager om het wel te doen in plaats van wachten op dat positieve resultaat dat ik krijg op de langere termijn.